Japanse kwartel

De Japanse kwartel (Coturnix japonica) is naast de Chinese dwergkwartel één van de meest populaire kwartel soorten. De  Japanse kwartel is de grootste gedomesticeerde kwartelsoort, ze kunnen tot wel 18cm groot worden. Ook hebben ze een vrij hoge ei productie die niet nest afhankelijk is. De ideale kwartel voor de volière! Hij ruimt het gemorste voedsel op, en legt erg lekkere eitjes. De Japanse kwartel is niet agressief en zeer tam te maken. Ze eten ook zeer snel uit je hand.

Herkomst

De Japanse kwartel komt in het wild voor in Zuid- en Oost-Azië (Mongolië, Oost Siberië, Japan en Korea). Ze komen daar vooral voor in gebieden met graslanden en laag struikgewas.

Maar door jaren lange selectie van de Japanse kwartel in gevangenschap is de kwartel niet meer dezelfde als die in het wild. Het kweken voor vlees en eieren heeft ervoor gezorgd dat we deze kwartel zwaarder en productiever gaan selecteren zijn.

Uiterlijk

De Japanse kwartel is tussen 15 en 20 cm groot. Hun gewicht is 100-200 gram tot wel 400 gram voor de ‘Jumbo kwartels’.

De wildkleur mannen hebben een roodbruine borst, terwijl de hennetjes een meer grijsbruine borst hebben. Ook hebben de hanen een (bruine) keelband. Bij sommige kleurmutaties zal dit verschil er ook zijn, de hanen zullen een fellere kleur hebben en de hennen een valere.

Bij andere kleuren kun je geen uiterlijk verschil waarnemen tussen een haan en een hen.

Als je het geslacht wilt weten van je kwartel is er een manier die bij alle kleuren werkt. Ze moeten wel minstens een leeftijd van 6 tot 8 weken hebben.

Je neemt het dier in je hand met de staart omhoog en duwt de staart zachtjes tegen de cloaca, doe dit voorzichtig en niet te vaak. Wanneer er wit schuim vrijkomt kan je met zekerheid zeggen dat het een haan is.

De Japanse kwartel bestaat in verschillende kleuren, enkele kleuren zijn:

• Wildkleur
• Wit
• Isabel
• Roodbruin
• Bont

Huisvesting

Door hun rustig karakter zijn ze prima geschikt voor een gemeenschapsvolière. Het zijn 100% grondbewoners. Ze vliegen enkel als ze worden opgeschrikt, maar landen dan direct terug om de grond.

Een binnen volière, een buitenvolière of een kippenhok voldoen als huisvesting. Zorg ervoor dat ze niet te klein gehuisvest worden, dit bevordert veder pikken aan hun medebewoners.

Als je een kippenhok neemt als huisvesting, let dan op dat de gaas mazen niet te groot zijn en dat ze niet kunnen ontsnappen.

In de winter hebben ze een tocht- en vorstvrij nachthok nodig, eentje op grondniveau is aanbevolen.

Omwille van de hevigheid van de haantjes is het aangeraden om meerdere hennen met 1 haantje te plaatsen.

Je mag ze ook niet combineren met andere kwartel soorten.

Kweek

Het kweken van Japanse kwartels is niet moeilijk. De kans dat de hen zelf op haar eieren broed (natuurbroed) is heel klein. Hennen die zelf uit natuurbroed komen gaan dit gemakkelijker doen, maar het is geen garantie.

Als ze al haar eitjes in een ondiep kuiltje op een beschutte plaats legt, laat de eieren dan liggen. Dat kan een teken zijn dat ze zelf wilt broeden.

Maar meestal zal de hen de eitjes verspreid leggen over het hok. In dat geval kun je de eitjes oprapen en in de broedkast steken.

De eitjes zijn crème kleurig met bruine vlekken en komen na 16-18 dagen broeden uit. De kuikentjes, die niet veel groter zijn dan een hommel, lopen al direct rond.

Na 4 weken zijn de kleintjes zelfstandig. Het haantje zal niet broeden en niet met de kuikens bezig zijn.

Voorzie tegen de uitkomst kuikenmeel, kleine zaden en fijn levend voer.

Als je niet aan natuurbroed doet hebben de kuikens warmte nodig van een ceramische of infrarood lamp. Deze moet naar mate dat de kuikens ouder worden hoger hangen. Zo raken de kuikens stilaan gewoon aan de omgevingstemperatuur.

Jonge kwartel kuikens verdrinken nogal gemakkelijk in hun drinkschaaltje. Zorg ervoor dat dat niet te diep is en leg er bij voorkeur steentjes of knikkers in.

Na 8 tot 10 weken zijn de kuikentjes volwassen en kunnen ze zelf voort kweken en eieren leggen.

Voeding

Kwartels worden vaak in een volière gehouden om verspilde zaden van andere vogels op te eten. Naast alle fijne vogelzaden eten ze ook een fijne graanmengeling speciaal voor kuikens en kwartels en appreciëren ze zo nu en dan fijn levend voer.

Daarnaast moeten grit en/of maagkiezel ook altijd aanwezig zijn. Om verspilling tegen te gaan, omdat ze open voederbakjes zouden gaan leegkrabben, zijn voederbakjes met kleine gaten aan te raden.

Te koop

Hieronder vind u wat ik te koop aanbied van deze soort.